Overslaan en naar de inhoud gaan

De defibrillator (of ICD: Implanteerbare Cardioverter Defibrillator) grijpt in bij levensbedreigende hartritmestoornissen. Het inwendig toestel neemt de ritmestoornis waar en geeft een elektrische schok aan het hart om het hartritme terug normaal te maken. 

Het toestel wordt geplaatst bij patiënten met een hoog risico op ernstige ritmestoornissen.

Hoe werkt een ICD? 

De defibrillator bestaat uit een kleine computer met batterij en elektroden die signalen van en naar het hart sturen. Het toestel meet je hartslag voortdurend. 

Wanneer het apparaat signaleert dat je een abnormaal snelle of onregelmatige hartslag hebt, geeft het eerste snelle stimulatiepulsen (kleinere elektrische prikkels) om de ritmestoornissen te onderbreken. Als dit niet voldoende is, geeft de defibrillator je een elektrische schok om de levensbedreigende ritmestoornis te stoppen. 

Bij een te trage hartslag werkt de ICD net als een pacemaker. Het geeft je een kleine stroomstoot om je hart opnieuw te stimuleren. 

Voor de ingreep werken we samen met de cardiologen van het Imeldaziekenhuis in Bonheiden.

Meer informatie